500 jaar beiaard in vogelvlucht
Branden, invasies, koninklijke geboortes, de uren van de dag... sinds de middeleeuwen warden allerlei grote en kleine gebeurtenissen door klokken gesignaleerd of gevierd.
Rond 1500 leidde een combinatie van ritmisch beierspel op luidklokken en de automatische klokmelodietjes die de tijd aankondigden tot het ontstaan van de beiaard. Dit gebeurde in de Lage Landen. Steden wedijverden er met elkaar om de grootste beiaarden te bouwen voor prestige een vermaak. Nadat in 1642 de kunst van het stemmen van klokken geperfectioneerd werd door de broers François en Pieter Hemony, werd de beiaard een volwaardig muziekinstrument. Beiaarden speelden meestal bewerkingen van volksmuziek. Vanaf de 18e eeuw klonken ook originele composities op beiaardtorens.
Het proces van het klokken gieten bij Koninklijke Eijsbouts in Asten (Nederland)
De beiaardcultuur kwam in de 19e eeuw in een dal als gevolg van wijzigende muzikale voorkeuren en een andere tijdsgeest. Rond 1900 nam de belangstelling voor de beiaard weer toe, vooral door de virtuoze concerten van Jef Denyn, de stadsbeiaardier in Mechelen. Jammer genoeg gingen een aantal beiaarden in België verloren tijdens de Eerste Wereldoorlog, maar kort daarna werden indrukwekkende herdenkingsbeiaarden geïnstalleerd in de Verenigde Staten en landen van het Gemenebest en werden Belgische beiaarden heropgebouwd. Het beiaardspel ontwikkelde zich verder als artistieke activiteit met de Koninklijke Beiaardschool 'Jef Denyn' in Mechelen als gangmaker.
Het gieten van de nieuwe klokken voor de beiaard van de Abdij van Park in Leuven
Vandaag zijn er wereldwijd 650 beiaarden in meer dan 30 landen.
In 2014 erkende UNESCO de beiaardcultuur in België als een voorbeeldpraktijk in het borgen van immaterieel cultureel erfgoed.