
Reflection of Carillon and Bell Sounds in Piano Works by Impressionists and Composers of the Twentieth Century - Oleksandra Makarova
Deze verhandeling onderzoekt de manieren waarop de klank van klokken en carillons wordt weergegeven in pianowerken van impressionistische en 20e-eeuwse componisten. Het onderzoek richt zich op enkele composities van Claude Debussy, Maurice Ravel, Olivier Messiaen, Federico Mompou en George Enescu, wier muziek een consistente interesse toont in het oproepen van klokachtige sonoriteiten. Door middel van gedetailleerde analyse van de partituur onderzoekt de studie harmonische structuren, modaal en hele-toongebruik, ritmische herhalingen, pedaalgebruik, articulatie en gelaagdheid in de registers als primaire hulpmiddelen voor het creëren van klokeffecten op de piano.
Naast de muzikale analyse bevat het werk relevante bevindingen uit de campanologie om de feitelijke boventoonstructuren van klokken te vergelijken met de intervallen en texturen die componisten gebruiken. Bijzondere aandacht wordt besteed aan het bewust vermijden van de kleine terts - een akoestisch prominente boventoon van klokken - ten gunste van meer consonante intervallen zoals kwarten en sexten, vaak gerechtvaardigd door esthetische overwegingen, instrumentale beperkingen en de culturele perceptie van klokken in Frankrijk en Spanje.
De interdisciplinaire aanpak in dit onderzoek slaat een brug tussen musicologische analyse en historische en akoestische contexten. Het onderzoek draagt bij aan een beter begrip van de manier waarop componisten de mogelijkheden van de piano aanpasten om complexe inharmonische geluidsbronnen zoals klokken te benaderen en hoe deze aanpassingen de harmonische taal van die periode vormgaven.